Het kabeltje van de telefoonaansluiting dat achter in mijn computer hoort te zitten is eruit gevallen en achter de kast verdwenen. Ja ik weet het, ik ben ouderwets bezig want waarom werk ik nog met een telefoonmodem terwijl ik zelf over een kabelaansluiting beschik? Maar toch, een modem is net even iets anders en handig met faxen dus moest en zou dat kabeltje achter de kast vandaan worden gehaald en wel op zaterdag want daar leent een dergelijke dag zich uitstekend voor. Vooral als het regent wat in dit geval niet zo was, dus ik roep bij voorbaat al rampspoed over mij af.

Eerst alle goedbedoelde en door mijzelf verzamelde rotzooi het kamertje uitsmijten; kwestie van ruimte maken. Onder mijn bureau staat een ladekastje dat ik liet staan want daar kon ik wel achterdoor kruipen met mijn lenige afgetrainde lichaam. Eenmaal onder het bureau getijgerd bleek het niet zo simpel als ik had gedacht want ik had ooit in een helder moment de kabels gebundeld en de naweeën hiervan openbaren zich nu want ik moest de plastic bind stripjes losknippen met een kniptangetje dat uitgerekend in de onderste lade van het reeds vermelde ladekastje lag. Op gevoel trok ik de lade open en vond het kniptangetje waarmee ik de strips voor zoveel als nodig los knip. De eerste keer dat ik m’n hoofd stoot aan de muur zeg ik nog niets want dat hoort er gewoon bij, part of the job om het zo eens te zeggen. Maar als ik wil gaan verzitten en bij deze handeling het bureau een halve meter optil lokt dit toch een kakofonie aan woorden uit waarvan ik niet wist dat ik ze ooit had geleerd.
Dit lucht op. Zelf ben ik een erg gevoelig type want als ik bijvoorbeeld met een hamer op mijn vingers sla dan voel ik het bij wijze van spreken al maar tweemaal achtereen m’n knar stoten is toch teveel van het goede.

Eindelijk kan ik bij het kabeltje komen. Ik grijp het vast en leid het naar het andere einde waar de computer staat. Dit alles voltrekt zich onder mijn bureau in een ruimte van 70 cm hoog, 1 meter breed en 70 cm diep. Dit om de lezer een idee te geven welke fratsen ik moet uithalen voor zo’n klote kabeltje. Nu dat kabeltje weer op z’n plek ligt moest ik onder het bureau vandaan kruipen om aan de andere kant de zaak weer aan te sluiten. Eindelijk sta ik weer overeind, doe een stap opzij en ……… openstaand laatje vergeten. Ik lazer languit de kamer uit met het ladekastje achter mij aan waarbij de laden keurig hun inhoud op de grond deponeren met dingen zoals doosjes met schroefjes en moertjes en meer van dat kleine spul. Gloeiende-gloeiende …., hierbij schiet zelfs mijn woordenschat tekort.

Na het kabeltje achter in de aansluiting van de computer te hebben gestopt veeg ik de kamer aan en schep de opgeveegde berg rotzooi terug in de laden. Zwijgend sluit ik de laden en start de computer op. Alles werkt weer zoals het hoort.
Nu maar wachten tot er een fax binnen komt, een verschijnsel dat de laatste vier jaar nog niet is voorgekomen.

©Prlwytskovsky.